K2O werkt vanuit volgende missie en visie:

Een kind leert en ontwikkelt zich in relatie met de opvoeder, de verzorger of een andere betekenisvolle volwassene. De basis is hoe opvoeder en kind met elkaar omgaan. Hieruit ontstaat hechting en verbinding. Dit proces start al tijdens de zwangerschap en loopt het gehele leven door.

In dit opvoedproces:

  • Is het belangrijk dat ouders (en andere opvoeders) aanvoelen en kunnen zien wat hun kind wil zeggen en wat het nodig heeft. Dan is er interactie/verbinding en leert het kind om eigen lijf en emoties te snappen en er mee om te gaan.
  • Krijgt het kind/de jeugdige de wezenlijke boodschap mee dat hij/zij er mag zijn, de moeite waard is om van te houden zoals hij/zij is met alle krachten, vaardigheden, beperkingen en mogelijkheden. Dit is een essentieel proces voor het kind/de jeugdige om te kunnen leren en zich te kunnen ontwikkelen tot een eigen ik met een zelfstandige smaak, wil en persoonlijkheid.
  • Spelen de (on) mogelijkheden en vaardigheden van een kind/jeugdige zelf een rol. Een kind/de jeugdige kan belemmeringen ervaren waardoor het bepaalde dingen niet kan of minder goed kan. Dan kan extra steun helpend zijn.
  • Zijn ouders van wezenlijk belang omdat het kind bestaansrecht heeft door zijn ouders en daar komen loyaliteiten uit voort. Deze natuurlijke, basale verbinding heeft een blijvende invloed op het welzijn van het kind/de jeugdige en uiteindelijk de volwassen persoon.

Daarbij geldt dat elk kind uniek is, elke ouder uniek is en daarmee is elk opvoedproces uniek.

Er kunnen zich problemen van allerlei aard voordoen waardoor de ontwikkeling van het kind/de jeugdige anders verloopt. K2O werkt vanuit de overtuiging dat bij problemen in de ontwikkeling van het kind/de jeugdige, de relatie tussen opvoeder(s) en het kind/de jeugdige een ingang is om invloed te hebben op het proces. Wanneer je als opvoeder weet waarom je kind/jeugdige bepaald gedrag laat zien, kun je als opvoeder je handelen aanpassen en dat zal invloed hebben op het gedrag van het kind/de jeugdige. Het kind/de jeugdige doet andere ervaringen op wat vervolgens weer van invloed is op zijn/haar ontwikkeling en welzijn.

Er zijn situaties, die complex zijn en waar het kind niet meer bij eigen ouders woont en in een pleeggezin of gezinshuis verblijft. Dan krijgt het kind/de jeugdige te maken met meerdere volwassenen en zijn er meerdere mensen die belangrijk zijn voor het kind/de jeugdige. Een hechting opbouwen en verbinding aangaan met de ander verloopt dan ingewikkelder voor het kind. Pleegouders,  gezinshuisouders en ook leerkrachten zullen hier ten alle tijden rekening mee moeten houden. Afstemming tussen de volwassenen is dan van wezenlijk belang en vraagt per definitie aandacht in het opvoedproces.

Uitgangspunten

Onze uitgangspunten zijn:

  • We werken met respect in contact en verbinding met de cliënt;
  • Gericht op behoefte en vraag van kind/jeugdige en ouder;
  • We hebben oog voor krachten en beschermende factoren;
  • We werken transparant, systematisch en doelgericht;
  • De functie van gedrag in relatie tot de ander en de omgeving staat centraal.